Oeverzwaluwen op de Takkenhoogte 2018
Samen met Reijer Römer is op 14 juni 2018 jl. een telling gedaan van het aantal in gebruik zijnde nestgangen. Resultaat: 16 nestgangen in gebruik, waarvan één die gemaakt is in het rechter montagegat van element K. Ook in 2016 was er een gang in een (ook rechter) montagegat (van element M).
Het aantal beschikbare nestgaten is 118. Dit betekent een bezettingspercentage van 13% (exclusief de gang in het montagegat).
In de bovenste rij van beschikbare nestgaten waren er 13 in gebruik, tegen 3 in de middelste rij (incl. gang in montagegat). In de onderste rij was geen enkel nestgat in gebruik. Als de wand in een linker en rechterdeel wordt gesplitst, dan waren er in de linkerhelft 5 nestgaten in gebruik en in de rechterhelft 11.
In ieder geval is dit een beter resultaat dan in 2017, toen er geen enkel nestgat in gebruik was (door Harald is in het voorjaar een schrikdraad boven de wand gespannen, zodat predatiepogingen worden bemoeilijkt). In 2016 was het aantal in gebruik zijnde nestgaten 49 (41%, excl. gang in montagegat).
Aansluitend aan deze telling zijn we naar de Oeverzwaluwwand van de Veeningerplas gegaan.
Veeningerplas
De wand bestaat hier uit een steilwand van zand, dat dit jaar door HDL is aangelegd nabij de Ossesluis en naast het fietspad langs de Hoogeveense Vaart. De wand is ca. 25 m breed en ruim 3 m hoog en is gericht op het ZO.
In de wand was een groot aantal nestgaten gegraven, uiteraard in een onregelmatig patroon, waardoor het vanaf enige afstand tellen van de in gebruik zijnde gaten bijzonder lastig was. Om die reden is gekozen voor een andere telmethode, nl. vanaf video-opnamen. Eerst is een foto gemaakt van de gehele wand en vervolgens zijn alle zichtbare nestgaten op een fotoafdruk van een nummer voorzien. Het totaal aantal zichtbare gaten was 56.
Vervolgens is op 15 juni gedurende een half uur een video-opname gemaakt. Voor het tellen van de in gebruik zijnde nestgangen via de video-opname (en gerelateerd aan het nummer op de fotoafdruk) kon op het beeldscherm sterk worden ingezoomd, zodat eerst het daadwerkelijke gebruik van nestgangen in de linkerhelft van de wand kon worden geteld en daarna die in de rechterhelft.
Van de 56 zichtbare nestgaten waren er tenminste 46 in gebruik. De meeste nestgaten zijn in de bovenste meter van de wand gegraven. De linkerhelft van de wand bevat 22 nestgaten, de rechterhelft 24. Met de Vogelwerkgroep IJhorst-Staphorst en de Vogelwerkgroep Vliegvlug Meppel zal nog contact worden gezocht over de telresultaten van ‘hun’ Oeverzwaluwwanden.
Philip de Brabander
 |