Vogelexcursie naar Boswachterij Gees en Mepper Hooilanden; trekvogels en overwinteraars
Door: Lucia Schat
In de maanden april en mei hebben er twee vogelexcursies plaatsgevonden in het gebied ‘Takkenhoogte’, waarmee de opgedane kennis uit de twee hieraan voorafgaande theorielessen in de praktijk werd toegepast. De excursies waren een groot succes en de deelnemers wilden graag dat hier een vervolg aan werd gegeven. En zo geschiedde het, want op 25 oktober is de vogelwerkgroep weer op pad gegaan, deze keer naar ‘Boswachterij Gees’ en de ‘Mepper Hooilanden’. Op deze dag stonden de trekvogels en de overwinteraars in Nederland centraal.
Afwisseling van natuurgebieden en akkerlanden
De Mepper Hooilanden is een natuurgebied in Drenthe dat grenst aan de Boswachterij Gees. Enige jaren geleden is men gestopt het gebied de Mepper Hooilanden langer te gebruiken voor agrarische doeleinden. Deze laag gelegen graslanden fungeren nu als natuurgebied en waterbergingsgebied, waar zich inmiddels grote plassen hebben gevormd. Daarentegen bestaat het omliggende gebied uit uitgestrekte akkerlanden. Deze afwisseling van plassen, open velden en akkerlanden is een zeer geschikte combinatie voor ganzen om de winter door te brengen. Ook vele andere vogelsoorten komen naar dit gebied om te overwinteren. Tevens fungeert het als broedgebied voor veel weide- en watervogels.
Erop uit met de Vogelwerkgroep
Onder begeleiding van Edwin de Weerd en met een groep van 18 cursisten zijn wij er op een prachtige herfstochtend op uit getrokken. De excursie begon bij een akkerland grenzend aan Boswachterij Gees. Wanneer je je oren niet spitst en je niet aandachtig kijkt naar het pas gerooide aardappelveld, dan zullen je de vele ganzen en weidevogels, die hier druk aan het foerageren zijn, geheel ontgaan. Na enige focus met de verrekijker blijken hier niet één, maar tenminste drie soorten ganzen te foerageren: de rietgans (Anser fabalis), de kolgans (Anser albifrons) en de grauwe gans (Anser anser). Zo ook de canadese gans (Branta canadensis), de kievit (Vanellus vanellus) en de veldleeuwerik (Alauda arvensis) werden in een nabijgelegen akkerland gespot.
Verschillende biotopen, verschillende soorten vogels
Lopende door het bos (Boswachterij Gees) legde Edwin uit dat de meeste vogelactiviteit in een bos te vinden is in het overgangsgebied tussen bos en open veld. Na een paar stappen gezet te hebben hoorden wij al een verscheidenheid aan vogels: de boomkruiper (Certhia brachydactyla), koperwiek (Turdus iliacus), goudhaan (Regulus regulus), matkop (Poecile montanus), vink (Fringilla coelebs), winterkoning (Troglodytes troglodytes) en zwarte kraai (Corvus corone). Alleen de boomkruiper liet zich af en toe langs de boomstam omhoog klimmend zien. De andere vogels zaten goed beschut tussen de bomen en het struikgewas.
Een stukje verder het bos in was een groepje goudhanen druk in de weer. Eerst hoorden we alleen de hoge fluittonen, maar al snel waren ze ook met verrekijker en zelfs het blote oog goed te zien!
Door het nog vrij dichte bladerdak in het bos waren niet veel vogels te zien, maar met uitleg van de gids bleek al snel hoeveel verschillende soorten er nog meer te horen waren: de roodborst (Erithacus rubecula), grote bonte specht (Dendrocopos major), kramsvogel (Turdus pilaris), goudvink (Pyrrhula pyrrhula), groene specht (Picus viridis) en de koolmees (Parus major).
Weide- en watervogels, alles door elkaar
Na de wandeling door het bos en een heerlijke kop koffie of thee tijdens een korte pauze, zijn we een stukje doorgereden naar een grote plas aan de andere kant van de Mepper Hooilanden.
Gestationeerd aan de rand van de plas met twee telescopen en een verrekijker de man, hebben wij allemaal onze ogen uitgekeken. Van een afstand en op het eerste gezicht een grote groep met wilde eenden (Anas platyrhynchos) bleek bij een nadere beschouwing uit veel meer verschillende soorten te bestaan waaronder: de tafeleend (Aythya ferina), slobeend (Anas clypeata) en de krakeend (Anas strepera).
Langs de waterkant liepen ook allerlei soorten door elkaar heen te foerageren en te rusten. De wintertaling (Anas crecca) was voor de deelnemers zonder veel ervaring eerst lastig te onderscheiden van de andere soorten. Maar kijkend door de telescoop konden ook zij duidelijk de groene streep op de kop een het gele driehoekje bij de staart zien, kenmerkend voor deze eendensoort. Deze eend werd vergezeld door onder andere de smient (Anas penelope), twee kemphanen (Philomachus pugnax) en aalscholvers (Phalacrocorax carbo).
Verderop in het water werden ganzen vergezeld door reigers gezien. In de bosrand erachter werden een paar keer roofvogels gesignaleerd, wachtend op hun kans om toe te slaan.
Als kers op de taart werd de excursie afgesloten met vijf kleine zwanen (Cygnus bewickii) die vlak voor ons in de plas neerstreken en ons verrasten met hun melodieuze hoge tonen.
Een succesvolle vogelexcursie die zeker weer een vervolg gaat krijgen!
Lucia Schat
|